Surfen is een manier van leven. Surfers leren van de zee, hoe elke golf anders is en hoe je soms de diepte in moet duiken om verder te komen. De leermeesters zijn de golven die nergens vandaan komen, ineens verschijnen, breken en dan weer verdwijnen. Je leest er alles over in het Pocket Surfboek. Hier zijn alvast drie begrippen uit de surfwereld, zodat je in ieder geval een beetje mee kunt praten op het strand.
Stokaboka
De betekenis van ‘stoked’ is opgewonden, blij of uitgelaten. Het is afgeleid van het Nederlandse woord stok. Een stok die wordt gebruikt bij het opstoken van een vuurtje. Het is de combinatie van fysieke inspanning, concentratie en de prikkeling van de verschillende zintuigen door de geuren en de kleuren van de zee. Die maakt dat surfen zowel een meditatieve als een spannende bezigheid is, waarbij het innerlijke vuur soms helder opflakkert. Stokaboka dus.
Shaka
Waarschijnlijk gaat het ‘Shaka-gebaar’ terug naar Hamana Kalili van Laie, die leefde van 1882 tot 1958. Hij was een Hawaiiaanse visser die zijn drie middelste vingers van zijn rechterhand kwijtraakte bij een ongeluk in een rietsuikerfabriek. Na het ongeluk werd hij beveiligingsagent op de trein die tussen stad en strand reed en moest hij ervoor zorgen dat niemand zonder betalen op de trein sprong. Maar de jongeren waren hem vaak te slim af. Ze maakten het gebaar met de missende vingers om aan te geven dat Hamana niet keek: de kust is veilig!
Aloha
Aloha is veel meer dan een groet. De diepere betekenis is het delen van de levensenergie, in het hier en nu, en met plezier. Het is een drang om het beste uit jezelf te halen. Wees de beste persoon en de beste surfer die je kunt zijn.
Nog meer interessante weetjes, surftips, surfinstructies, notitiepagina’s en prachtige illustraties van Marijke Buurlage vind je in het Pocket Surfboek. Hier te koop voor € 14,99.
Foto en illustraties door Marijke Buurlage